Wie nooit iets fout doet, doet ook nooit iets goed

  • Ondernemer

Stout zijn, is belangrijk en boos worden lang niet altijd nodig. Een klein pleidooi voor “stouterds” in deze bizarre tijd.

We zitten elkaar nu letterlijk op de huid. Ouders, kinderen, de families bij elkaar. Werk, school en spel worden beknot door de coronaregels. Eerlijk is eerlijk, we hebben er allemaal hinder van, hoe positief we de wereld ook inkijken. Een geduldige vriendin antwoordde toen ik vroeg: ”Toch ook wel fijn in deze fase, de kinderen veel om je heen?”, “Heb je behang, dan plak ik ze er achter”. Een vriend gaf schuldbewust toe sneller kriegel te reageren nu zijn pubers 24/7 aan hem “hangen”.

De deugnieten binnen het gezin doen het meest een beroep op het geduld van mijn vrienden. Voor alle kinderen is deze tijd zwaar, maar ondernemende wildebrassen en buitenkinderen missen hun bewegingsvrijheid. Hun (impulsieve) acties spelen zich, noodgedwongen door de situatie, onder de neus van hun opvoeders af. Regelmatig op een moment dat het nèt niet uitkomt. Ze lijken opeens vaker “stout”. Ik hoor en zie meer vermoeide, en daardoor eerder geïrriteerde, opvoeders. Voor hen het verhaal van Juul* & Miek* en de pedagogische kracht van hun vader.

Juul & Miek met de kar

De broers van Juul hadden een kar. Aan elkaar getimmerde planken met vier wielen eronder en een touw om te besturen. Op een dag mochten Juul en haar vriendinnetje Miek met de kar spelen. Uniek, de kar was voor de broers gewichtig. Voor ze van gedachten veranderden, gingen ze op pad. Hun zonovergoten duindorp door. Twee meisjes met paardenstaarten, ca. 8 jaar.

Aanvankelijk was elkaar voortrekken op de kar plezierig genoeg. Maar al snel bedachten zij een nieuw plan. Ze belden aan bij de huizen en vroegen naar oude kranten. Dankbaar leverden dorpsgenoten deze in. Trots zagen ze hoe de kar zich volstapelde met het lokale weekblad.

Postbode

De volle kar werd zwaar. De stapels gingen schuiven. Een nieuw idee ontstond: “Laten we nu deze kranten gaan bezorgen!”  Verrukt, in het besef al die mensen te verrassen, holden ze de paadjes op naar de voordeuren en verspreidden hun verzameling. Dankbaar ontdekten zij de flat en het bejaardentehuis waar rijen brievenbussen hen in éen tel van een enorme berg papier afhielpen. 

Slingers

Dat niemand op hun rol van postbode zat te wachten; daarvan waren zij zich niet bewust. Voldaan trokken ze verder. Aan de rand van het dorp ontdekten ze een duin vol bloeiende narcissen. Opgetogen keken ze elkaar aan: Slingers maken! In hun dorp waren kraampjes waar narcissenslingers door toeristen werden gekocht en als versiering op hun auto werden gebonden. Juul en Miek vonden dat prachtig. Regelmatig smeekten zij hun ouders om zo’n bloemenslinger. Iets wat ze nooit gedaan kregen. Met de hoeveelheid narcissen voor hen kregen zij de kans zelf slingers te maken. Wat zou het geweldig zijn hun ouders hiermee te verrassen. Ze klommen het duin op en begonnen te plukken.

Narcissenvrouw

Hun enthousiasme maakte dat ze volkomen opgingen in het koppen van de bloemen. Gele kelken vlogen door de lucht naar de kar, vergezeld door opgewekt gekwebbel. Plotseling werden ze opgeschrikt door een mevrouw, die hen bij de ellebogen trok en riep of ze helemaal gek geworden waren haar tuin zo te ruïneren. Verbouwereerd keken de meisjes naar haar op. Terwijl Juul op de duintop een huis ontdekte en vroeg: ”Is dit een tuin?” kieperde Miek de geplukte waar van de kar af en zei: ”U kunt er wel een mooie slinger van maken”. Het hielp niet. Ze werden boos weggewuifd.

Door de felle reactie van de “narcissenvrouw”, zoals ze haar meteen doopten, wisten de meisjes zich even geen raad met de kar. Wat viel hun plan in verkeerde aarde. Tot een volgend spel opkwam: samen op de kar een duin afrollen.

Begrip

 Na deze speelmiddag ging Juul thuis op in de rituelen van het gezin. Douchen. Avondeten. Een verhaaltje en naar bed. In haar dorp vertelden gebeurtenissen zich snel rond. Die avond kwam haar vader op de rand van mijn bed zitten. Hij boog zich naar haar toe, streek haar haar uit haar gezicht en zei: ”Zeg, wat dacht je vandaag: ik ga een bloemenstal beginnen?” Juul knikte instemmend: ”De narcissenvrouw werd wel erg boos”. Haar vader lachte: ”De narcissenvrouw heeft jullie goede bedoeling vast niet begrepen”.

Een compliment werkt beter dan straf

Juuls vader werd niet boos. Hij ging uit van het positieve. Hij wist dat zij ruimte nodig had om goedbedoelde fouten te maken. Ruimte die haar situaties bood om haar talenten en geweten te ontwikkelen. Haar vader zag niet alles, maar koos er ook regelmatig bewúst voor niet alles te zien.

Juul groeide op in een familiecultuur waar ondeugend zijn, mocht. Ze werd niet bestraft voor onopzettelijke “fouten”, maar kreeg aandacht voor haar handelen. De situaties werden uitgelegd. Haar vader hoefde niet ongeduldig of boos worden.

Als je nooit iets fout doet, doe je ook nooit iets goed.

De vader van Juul zoemde niet in op de gevolgen van haar daden. Hij verkende wat haar beweegredenen waren en zag de kracht van haar karakter. Kinderen zoals Juul en Miek zijn creatief, doelgericht, ondernemend, oplossingsgericht, sociaal, maar bovenal autonoom. Ze hebben een “Pluk-de-Dag-mentaliteit” en een veerkracht die we nu en in de toekomst hard nodig hebben. Ze lijken ongevoeliger voor regels en autoriteit. Maar let wel, ook zij hebben het zwaar in deze periode en willen, zoals elk kind, gezien en begrepen worden. Ze missen hun buitenwereld, hun speelterrein. Gun hen wat (fictieve) ruimte en kijk af en toe even weg.

Meer lezen?

Onze eerdere publicatie over kinderen in deze crisistijd: Juf, ik heb je nodig. Kom je alsjeblieft online!  beschrijft hoe online interactie met de leerkracht juist nu cruciaal is voor kinderen voor wie school de enige veilige plek is.

*De namen Juul en Miek zijn om privacy redenen fictief.

2020 tekst Simone Leereveld

Copyright Talentenportfolio